“De dode zou Papandreou moeten zijn”

Maandag. Mara was destijds onze eerste klant na de opening van onze bloemenwinkel. Vandaag loopt ze
even binnen. Ze koopt zelden meer een bloemetje, vertelt ze, sinds haar loon van 2200 euro naar 1200 euro
ging. Ze werkt bij een scheepvaartonderneming, en toen de baas een loonsverlaging voorstelde, gingen zij
en al haar collega’s daarmee akkoord, zodat niemand ontslag kreeg. „Zelfs op verjaardagen of naamdagen
kopen we geen bloemen meer voor elkaar, we kopen liever praktische dingen”, zegt Mara. Als ze hoort dat
ze behalve de eerste misschien ook een van de laatste klanten is, krijgt ze tranen in haar ogen. „Waarom
verkoop je de zaak niet?”,stelt ze voor. Voordat ze vertrekt belooft ze nog een koper te vinden.
Dinsdag. Ze is ver in de tachtig en loopt vreselijk slecht. Toch woont ze alleen, alhoewel ze vier kinderen
heeft. Een uitzondering hier, want bejaarde ouders wonen meestal dicht bij hun kinderen, of trekken bij hen
in huis. „Zoo ke vassilevo”, grapt mijn buurvrouw bij wie ik op bezoek ben. Dit betekent: Ik leef en regeer.
Oftewel: Het gaat uitstekend met me. Haar pensioen ging van 700 euro naar 520 euro, waarvan ze per
maand aan huur en medicijnen 370 euro kwijt is. Toch probeert deze hoogbejaarde vrouw haar twee
werkloze zoons –scheepstechnici– te steunen waar ze kan. Toen een andere buurvrouw, die in de
gaarkeuken van de buurtkerk helpt, eens langskwam met een bord eten, sloeg mijn trotse buurvrouw dit
beslist af: „Geef dat maar aan iemand die het echt nodig heeft”, zei ze.
Woensdag. Een tragische zelfmoord van een hopeloze 77-jarige man vindt plaats op het Syntagmaplein.
Een meisje schrijft een tekst op het marmer, vlak bij de plek waar het gebeurde: „De naam van de dode zou
Papandreou moeten zijn. De naam van de dode zou Samaras moeten zijn. De naam van de dode vandaag
is de democratie. We zijn 11 miljoen levenden, en onze naam is: ”Verzet!”” Met haar tekst verwoordt ze wat
het Griekse volk een doorn in het oog is: van de politieke figuren die het geld verkwanseld hebben en
Griekenland in het ravijn van de crisis gestort hebben, is er niet één veroordeeld en achter de tralies gezet.
Donderdag. Meer dan 1,5 miljoen Grieken die in de steden wonen, overwegen terug te keren naar het
platteland en hun brood te gaan verdienen in de agrarische sector. De eerste contracten voor de huur van
een stuk openbare grond, die hiervoor beschikbaar zijn in Centraal-Macedonië, zijn al getekend. Ook keren
veel jongeren terug naar het dorp van hun (voor)vaderen, om de olijf- of wijngaard nieuw leven in te blazen.
Vrijdag. De Stille Week is bijna voelbaar. Vandaag sluiten de winkels eerder, want vanavond zal –na de
dienst in de orthodoxe kerk– de epitaaf, een symbolisch graf, door de straten gedragen worden, gevolgd
door een stoet mensen met brandende kaarsen die Byzantijnse lijdensgezangen zingen. Bijzonder om dit
mee te maken, in de stad, maar vooral in de dorpen.

Image